ok2000menu




Orgelrestauraties in Fryslân Friese Orgelkrant 2000
 

Fryslân bezit een rijk en gevarieerd orgellandschap. Eeuwenlang hebben Friese orgelmakers in deze provincie hun werk geplaatst en werk van hun voorvaderen onderhouden of veranderd. Orgelmakers van buiten de provincie hebben daaraan belangrijke accenten toegevoegd. Rond 300 orgels in Fryslân zijn thans een beschermd monument. Voor andere, in gelijke mate monumentwaardige instrumenten wordt naar een beschermde status gestreefd. Al die orgels vergen onderhoud. Maar in veel gevallen is ook een restauratie onvermijdelijk De oorzaak daarvan kan gelegen zijn in gebrek aan onderhoud, of zelfs onoordeelkundig onderhoud. Gebruiksslijtage speelt ook een rol. Een orgel bevat veel bewegende delen, die nu eenmaal aan slijtage onderhevig zijn. De belangrijkste boosdoener is in de meeste gevallen echter het moderne verwarmingssysteem. De uitdroging van de lucht in het gebouw, die daarmee gepaard gaat, is vrijwel altijd desastreus voor een orgel met zijn ambachtelijke constructies en natuurlijke materialen. Omdat de overheidsmiddelen nu eenmaal niet toereikend zijn, om in één generatie alles te herstellen wat behoefte aan herstel heeft, moet een orgel soms jarenlang op restauratie wachten. Sommige instrumenten zijn dermate vervallen, dat ze niet meer gebruikt kunnen worden. De lange wachttijd is dan bijzonder zuur voor de eigenaar.

Gelukkig is er ook een andere kant aan het verhaal. Elk jaar vinden er weer restauraties plaats en worden orgels weer in oude glorie herboren. Over het orgel van Warstiens is elders in deze krant iets te lezen. Onlangs voltooide de fa. Bakker & Timmenga ook de restauratie van het Bakker & Timmenga-orgel uit 1900 in de hervormde kerk te Oudemirdum. In de prachtig gerestaureerde kerk is dit orgel, dat smaakvolle kleuren kreeg, weer een sprekend en monumentaal accent geworden. Dit voorjaar zal ook de restauratie van het uit 1874 daterende Van Dam-orgel in Warten (Wartena), uitgevoerd door de fa. Bakker & Timmenga, worden afgerond. Schilder Klaas de Graaf schilderde ook hier de orgelkas en bracht nieuwe verguldingen aan. In de gereformeerde kerk van Garyp (Garijp) zal dit voorjaar de restauratie van het Van Dam-orgel worden afgesloten. In 1898 werd dit orgel gebouwd met één manuaal. Na een uitbreiding met een vrij pedaal in 1958 en met een tweede manuaal in 1962 was een verward geheel ontstaan, dat bovendien steeds slechter functioneerde. De orgelmakers Mense Ruiter hebben het orgel van 1898 weer in de oorspronkelijke staat teruggebracht, en tevens een vrij pedaal en tweede klavier toegevoegd, nu uitgevoerd volgens principes van Van Dam.

Twee grote restauratieprojecten zullen later dit jaar veel aandacht trekken. Flentrop orgelbouw restaureert op dit moment het orgel in de hervormde kerk te Minnertsga. Onderzoek heeft uitgewezen, dat dit orgel vrijwel zeker het werk is van de Luikse orgelmaker Guillaume Robustelly, die het rond 1785 maakte voor een kerk in de buurt van Tongeren (B). In 1874 werd het in de kerk van Welsryp geplaatst. Vanwege de aanschaf van een nieuw orgel aldaar verhuisde het in 1955 naar de kerk van Minnertsga, waar men, na de brand van 1947, om een orgel verlegen was. De restauratie zal een voor het Noorden van ons land bijzonder orgel opleveren. Op het 23 registers tellende orgel zal de klassiek-Franse orgelliteratuur goed uitgevoerd kunnen worden.

Het tweede grote restauratiewerk vindt plaats in de hervormde kerk van Dronrijp. In het kader van de grootscheeps aangepakte restauratie van het monumentale kerkgebouw wordt ook het Bader-orgel van 1657 hersteld. Dat betekent in dit geval een terugkeer naar de oorspronkelijke vorm van de orgelkas en de oudst bekende dispositie. Door de aanwezigheid van zeer veel originele en weinig aangetaste pijpen en het prachtige orgelmeubel, beide van 1657, werd hier de mogelijkheid aanwezig geacht, een restauratie uit te voeren die van bovennationale betekenis zou kunnen zijn. Het orgel van Dronrijp mag dan exemplarisch worden genoemd voor de opzienbarend hoge kwaliteit van de orgelbouw in Fryslân gedurende de 17e eeuw. Toonomvang en stemming zullen ook de 17e-eeuwse gebruiken volgen. De gerestaureerde orgels van Minnertsga en Dronrijp kunnen zowel voor de luisteraar als voor de vele in Fryslân aktieve organisten een grote bron van inspiratie worden en het orgelspel in de provincie een nieuwe en onverwachte impuls geven!

Met een aantal langverwachte en spraakmakende restauraties in het verschiet voor de eerstvolgende jaren, zoals de Hinsz-orgels van de Grote Kerk in Harlingen (door Flentrop) en de Martinikerk in Bolsward (door Verschueren), het Schnitger-orgel van Duurswoude (Wijnjewoude) en het Schwartzburg-orgel van de Waalse kerk in Leeuwarden (beide door Bakker & Timmenga) lijkt de orgeltoekomst er zonnig uit te zien. Maar helaas zijn er ook schaduwzijden. In de eerste plaats zijn dat de 'wachtenden' waarover hiervoor werd gerept. Maar daarnaast is er ook een probleem, dat kan worden aangeduid met eigentijdse begrippen als 'daklozen' en 'asielzoekers' ....
Veel kerken sluiten hun deuren. Die deuren gaven in de meeste gevallen ook toegang tot mooie orgels. Het gaat daarom niet écht goed met die mooie, zo rijk gevarieerde orgellandkaart van Fryslân. Juist in deze provincie, waar die rijke schakering van ambachtelijk mooi gemaakte en traditioneel klinkende orgels getuigt van een hoogstaande Friese orgelbouwkunst, zal het moeilijk worden, die kenmerken te conserveren. Alleen met een uiterste inspanning van allen, die zich dit aantrekken, zal het mogelijk blijken te zijn, de Friese orgellandkaart met al zijn boeiende facetten aan het nageslacht door te geven.

Jan Jongepier


stuur link via whatsapp stuur link via mail kopieer link naar clipboard