Na 35 jaar trouwe dienst heeft Jaap Bosma het organistschap aan de hervormde kerk te Hallum beëindigd. In november 1999 speelde hij daar voor het laatst. Als we spreken van 35 jaar trouwe dienst, doen we Jaap eigenlijk tekort, want op 3 juli 1949 speelde hij al voor het eerst in Hallum, als invaller voor zijn leraar. In 1964 volgde hij die op na een noodlottig ongeval. Het wellicht fraaiste cadeau bij zijn afscheid was een waarderende en vriendschappelijke brief van de predikant die in 1949 in Hallum stond. Deze verontschuldigde zich voor zijn afwezigheid, hij zou op zondagmorgen de verre reis uit het Westen des lands graag gemaakt hebben, maar had helaas een predikbeurt aangenomen voor deze zondag, niet wetende dat in zijn eerste gemeente de organist, aan wie hij zulke goede herinneringen had, afscheid nam.
Boerenzoon Jaap Bosma werd in 1932 te Hijum (Frl.) geboren. Hoewel zijn ouders niet aan muziek deden, kreeg hij al jong harmoniumles. Een tante bespeurde de grote belangstelling van haar neefje en bracht hem de eerste beginselen bij. Spoedig kreeg hij les van Sietse Hofman, destijds organist van de hervormde kerk te Hallum.
Deze musicus was niet alleen een bekend organist - hij speelde vrijwel alle grote Bachwerken - maar dirigeerde ook diverse koren en korpsen. In 1955 stuurde Hofman hem door naar Piet Post. In 1957 slaagde Jaap voor het staatsexamen. Inmiddels had hij een aantal leerlingen, in Hijum bespeelde hij het orgel van de gereformeerde kerk en hij dirigeerde koren in o.a. Hardegarijp, Franeker, Holwerd en Stiens. De jonge musicus had naast orgel ook koordirectie gestudeerd. Vervolgens bekwaamde Jaap zich in het pianospel, waarvoor hij enige jaren later zijn acte behaalde.
In 1964 werd Sietse Hofman het slachtoffer van een verkeersongeluk met dodelijke afloop. Het lag voor de hand, dat diens beste leerling ook zijn opvolger zou worden. Hetgeen geschiedde.
In de jaren na 1960 ontstonden overal in de provincie muziekscholen. Jaap, inmiddels getrouwd en woonachtig in Stiens, werd in 1968 docent aan de muziekschool Noord-Oost Friesland. Hij bleef bij deze school in dienst, totdat hij in 1994 met de Vut ging. Jaap Bosma bleef steeds studeren en nam ook als gevestigd musicus nog regelmatig les. Het is kenmerkend voor zijn belangstelling voor nieuwe ontwikkelingen dat hij in 1978 met zeer goede resultaten examen deed voor het praktijkdiploma kerkelijk orgelspel. Bij zijn staatsexamen was hij geëxamineerd in koraalspel en improvisatie. Later vervielen deze op de kerkelijke praktijk gerichte onderdelen. Een betreurenswaardige ontwikkeling: er studeren nu orgeldocenten af, zonder dat zij zich hoeven te bekwamen in twee belangrijke zaken, die zij hun leerlingen wel dienen bij te brengen. Teneinde dit probleem op te vangen kwam de opleiding voor het praktijkdiploma kerkmuziek naast de opleiding voor docerend en uitvoerend musicus. Veel studenten zullen hiervoor echter geen tijd hebben, vooral nu de studieduur en de lesuren op de conservatoria steeds meer ingekrompen worden. Jaap Bosma vond het kerkelijk orgelspel belangrijk genoeg om op latere leeftijd de nieuwe opleiding alsnog te doen, ondanks zijn ervaring en staat van dienst. Hij had de nieuwe bevoegdheidsverklaring als kerkmusicus ook kunnen krijgen zonder zich opnieuw aan een examen te onderwerpen. Zijn opstelling verdient groot respect.
Enige jaren geleden was Jaap door ziekte een paar maanden uitgeschakeld. Daarna begon hij weer vol goede moed en met veel enthousiasme. Toch leek het hem, na 35 jaar, beter te stoppen. Hierbij speelde de wel zeer lastige trap die je in Hallum moet bestijgen om het orgel te bereiken een grote rol. Daarnaast speelde het gebruik van 'alternatieve' liederenbundels in de diensten van Hallum eveneens een rol. De betreffende liederen hebben naar Bosma's oordeel vaak weinig diepgaande teksten en de melodieën zijn veelal van een twijfelachtige kwaliteit. Op deze ontwikkeling had hij naar zijn zin te weinig greep.
Wie denkt dat Jaap zich nu wel zal gaan vervelen, slaat de plank mis. Sinds hij in 1985 stopte met het dirigeren van koren - het vele werk aan de muziekschool liet dat niet langer toe - is hij lid van de Christelijke Oratoriumvereniging Leeuwarden-West Hij bezoekt veel orgelconcerten en componeert nog koraalvoorspelen, waarmee hij collega's van dienst is. Niet onvermeld mag blijven dat hij aan een studiedag over Nederlandse orgelmuziek uit de tweede helft van de 20e eeuw met een eigen partita een interessante bijdrage leverde. In deze composities is de invloed van zijn leermeester Piet Post duidelijk hoorbaar, wat als een pluspunt is te beschouwen. De bijdragen van Piet Post tot de serie "Muziek voor de Eredienst" worden nog steeds veel gebruikt en ook nog herdrukt. In zijn woonplaats Stiens blijft hij één van de drie organisten van de gereformeerde kerk. Tijdens de open speeldagen, die de Stichting Organum Frisicum jaarlijks in september organiseert, is hij als organist aanwezig in de hervormde Sint Vituskerk van Stiens.
Aan het eind van het interview komen we nog even terug op zijn afscheidsdienst. Het is betreurenswaardig, dat een zo toegewijd kerkmusicus als Bosma geen invloed had op wat er die zondag gezongen werd. Het is waarschijnlijk tekenend voor de in Hallum gegroeide situatie.
Het zal Jaap Bosma's plezier in kerkmuziek en orgelmuziek in het bijzonder niet drukken. We wensen hem dan ook nog vele goede jaren, samen met zijn vrouw, toe. Ongetwijfeld zullen we hem nog dikwijls bij concerten en andere orgelactiviteiten ontmoeten.