Liuwe Tamminga (1953-2021) opende deuren naar sublieme ervaringen
Friesch Dagblad 06 mei 2021
Theo Jellema
In memoriam
Het plotselinge overlijden van organist Liuwe Tamminga (67), vorige week in zijn woonplaats
Bologna, is als een grote schok ervaren. Niet alleen in Fryslân, waar hij geboren is, en in
Italië, waar hij al zo’n veertig jaar woonde en werkte.
In heel Europa – en zelfs daarbuiten – heeft de muzikale pers over zijn dood bericht. Zijn
betekenis voor de orgelcultuur is dan ook heel groot geweest. Het beeld dat organisten van
over de hele wereld van Italiaanse orgelmuziek hebben, is in belangrijke mate door de
inspanningen van Liuwe Tamminga bepaald. Als speler, onderzoeker, ontdekker, publicist en
conservator heeft hij daaraan zijn enorme bijdrage geleverd.
Liuwe Tamminga werd op 25 september 1953 geboren in Hemelum. Hij verhuisde toen hij zes
jaar was naar Leeuwarden, waar zijn vader hoofd was van de lagere school in Leeuwarden-Huizum.
Het lijkt erop dat de verbinding Tamminga-Italië een beetje toevallig is ontstaan. De eerste
schreden op het organistenpad zette hij in het Noorden. Als zoon van ouders die op zondag
naar de gereformeerde kerk gingen, raakte hij onder de indruk van het orgel.
Er volgden orgellessen en er werd gekozen voor een vakstudie aan het conservatorium in
Groningen. Daar bleek al snel dat Liuwe Tamminga tot de toppers behoorde. Dat betekende dat
zijn conservatoriumstudie uiteindelijk bekroond zou worden met de Prix d’Excellence. Het jaar
studie in het buitenland dat daar min of meer bij hoorde, bracht Tamminga door in Parijs,
als student van André Isoir.
Waar bij de meeste studenten het buitenlandavontuur gevolgd wordt door de terugkeer in de
veilige haven van het thuisland, heeft het kennelijk bij Liuwe Tamminga heel anders
gefunctioneerd.
Gedreven door nieuwsgierigheid vergrootte hij zijn actieradius en zette hij zijn
ontdekkingsreis in de orgelwereld voort in Italië. Daar, in de Noord-Italiaanse stad Bologna,
ging hij in de leer bij Luigi Fernando Tagliavini, een vermaard specialist op het gebied van
de oude muziek in Italië, iemand die vergelijkbaar is met Gustav Leonhardt in Nederland.
De verhouding leermeester-gezel werd daar al snel één tussen collega’s, wat bevestigd werd door
Tamminga’s benoeming tot organist van de basiliek van San Petronio náást Tagliavini. Sinds
Tagliavini’s overlijden, in 2017, was Tamminga de enige organist van deze immense kerk.
Bescheiden
De twee wereldberoemde orgels die Tamminga daar bespeelde waren éénklaviers instrumenten.
Dat zegt veel over Liuwe Tamminga. Hij werd getroffen door schoonheid, niet door wat
schijnbaar indrukwekkend was, niet door uiterlijk vertoon. Zoals hij ook in persoon was:
bescheiden, bijna verlegen, en een man van weinig woorden.
De schoonheid van de beide orgels van de San Petronio inspireerde Tamminga enorm. Ik
herinner me een zondag in Bologna midden jaren tachtig. Er waren drie missen achter elkaar,
met net genoeg tijd ertussen om een snelle cappuccino te drinken. De Bolognese gelovigen zingen
niet, maar er wordt wel orgel gespeeld in de diensten. Tamminga was voor de muzikale
opluistering van alle drie missen verantwoordelijk. Virtuoos bracht hij een uitgebreid
repertoire van oude Italiaanse meesters ten gehore.
Nauwkeurig noteerde hij in een schriftje wat hij had gespeeld, zodat doublures niet te vaak
zouden voorkomen. De twee orgels klonken indrukwekkend in de kathedrale akoestiek van de
ruimte. Als er een collega op zondag op de orgelgalerij op bezoek was, kon het gebeuren dat
Tamminga hem een partituur in handen drukte. Dan konden de bezoekers van de mis genieten van
muziek voor twee orgels. Vaak betrof het composities uit het rijke San Petronio-archief, door
Tamminga ontdekt, zorgvuldig overgeschreven en later ook uitgegeven.
Om wat Bologna met de San Petronio en haar orgels te bieden had, en ook om wat hijzelf te
bieden had, ging Tamminga met de hele wereld om; met grote musici, maar ook met de Nederlandse
koninklijke familie. Prins Claus was diep onder de indruk van wat Tamminga’s vingers aan de orgels
van San Petronio ontlokten. Bij de begrafenisdienst van Claus in Delft bespeelde Liuwe Tamminga
het orgel.
Zo heeft deze begaafde musicus zijn leven in dienst gesteld van de schoonheid van de muziek.
Dat heeft hij onbaatzuchtig gedaan. Voor velen heeft hij deuren geopend naar sublieme ervaringen.
Groninger orgelstudenten
Uit eigen ervaring weet ik dat hij zich niet te groot voelde om voor de bezoekers aan zijn
orgel-eldorado ook praktische zaken met zorg te regelen. Zo was door hem een bezoek van
Groninger orgelstudenten aan Bologna in 2020 zorgvuldig voorbereid. We besloten dat het
vanwege corona niet kon doorgaan. Maar van uitstel hoefde geen afstel te komen, dachten we. We
wisten niet dat Liuwe Tamminga ons nooit meer in Bologna zou ontvangen.
Wat blijft is de dankbare herinnering aan een uniek musicus, die gedreven zocht naar
schoonheid en die genereus met ons deelde.
(Theo Jellema (1955) is stadsorganist van Leeuwarden en docent aan het Prins Claus Conservatorium in Groningen)
(Foto:s Anton Dommerholt, FD, Marco Caselli Nirmal)